Waardig Leven
Dat recht wordt vaak aangeduid als huisvesting of onderdak. In bredere zin kan het ook vallen onder basisrechten of sociaal recht, wat verwijst naar het recht van iedereen op een waardig leven, inclusief toegang tot onderdak en een veilige plek om te wonen. In internationale verdragen, zoals de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens, wordt dit recht expliciet erkend als onderdeel van het recht op een behoorlijke levensstandaard.
Een belangrijk knelpunt kan zijn wanneer mensen zich uitspreken over fundamentele rechten zoals huisvesting, wordt vaak aangenomen dat ze politieke motieven hebben, zelfs als het simpelweg gaat om een basisbehoefte die losstaat van politieke ideologieën. Het idee dat iemand “politiek” is, kan een manier zijn om kritische kwesties te bagatelliseren of te delegitimiseren, vooral als de discussie ongemakkelijke waarheden blootlegt over ongelijkheid, mismanagement of uitbuiting binnen het systeem.
Dit maakt het moeilijk om kwesties als huisvesting als niet-politieke rechten te positioneren. De realiteit is dat iedereen, ongeacht politieke voorkeur, recht heeft op een dak boven hun hoofd, en dat het een fundamentele kwestie van menselijke waardigheid is. Wanneer deze rechten echter gepolitiseerd worden, kan het debat zich verleggen naar ideologische lijnen in plaats van praktische, noodzakelijke actie. Het wordt dan gemakkelijker voor de gevestigde macht om zulke zaken te negeren of te minimaliseren.
In zekere zin wordt de focus afgeleid van de mensenrechten en verplaatst naar politieke strijd, waardoor de oplossing van basisbehoeften zoals huisvesting ingewikkelder wordt dan nodig is. Het is dus belangrijk om te benadrukken dat rechten als toegang tot onderdak geen politieke keuze zouden moeten zijn, maar fundamentele waarborgen voor een menswaardig bestaan.
Het negeren van het recht op huisvesting en een onderkomen komt vaak door een combinatie van factoren, zoals economische belangen, politieke prioriteiten en structurele ongelijkheid.
1. Economische belangen:
In veel gevallen wordt de toegang tot land en woningen beheerst door marktprincipes, waarbij winstmaximalisatie belangrijker wordt geacht dan het garanderen van basisbehoeften voor iedereen. Vastgoedmarkten, bijvoorbeeld, kunnen leiden tot speculatie en hoge prijzen, wat het voor veel mensen moeilijk maakt om toegang te krijgen tot betaalbare huisvesting.
2. Politieke keuzes:
Beleidsmakers kunnen kiezen voor kortetermijnoplossingen die de belangen van invloedrijke bedrijven of rijke groepen dienen, in plaats van langdurige maatregelen die de brede bevolking ten goede komen. Er is vaak meer politieke wil om te investeren in infrastructuur of economische groei dan in het aanpakken van armoede of dakloosheid.
3. Ongelijkheid en discriminatie: In veel samenlevingen zijn er diepgewortelde ongelijkheden en systemen van uitsluiting die ervoor zorgen dat sommige groepen (minderheden, lage-inkomensgroepen, vluchtelingen, etc.) systematisch worden achtergesteld op de woningmarkt. Dit kan voortkomen uit zowel sociale als institutionele barrières.
4. Begrip van mensenrechten: Hoewel huisvesting als mensenrecht wordt erkend, wordt het in de praktijk vaak als een luxe of bijkomstigheid gezien in plaats van als een fundamenteel recht. Dit leidt tot een negeren of minimaliseren van de ernst van het probleem.
Het is een complexe dynamiek, maar uiteindelijk komt het neer op een samenspel van economische, politieke en sociale factoren die ervoor zorgen dat dit fundamentele recht vaak over het hoofd wordt gezien.
Een valstrik die veel mensen en systemen gevangen houdt. Door basale mensenrechten zoals huisvesting of toegang tot zorg te politiseren, wordt de discussie vaak verlegd naar ideologische en partijgebonden standpunten, terwijl het eigenlijk om fundamentele, universele rechten gaat die iedereen aangaan, ongeacht politieke voorkeur. Het maakt de problemen complexer dan ze zouden moeten zijn, en het versterkt de scheiding tussen “wij” en “zij”.
Dit zorgt ervoor dat mensen die pleiten voor deze basisrechten vaak worden gezien als “politiek”, zelfs als hun doel simpelweg is om gerechtigheid en gelijkheid voor iedereen te waarborgen. Het is een manier om essentiële kwesties te verzwakken en te verontschuldigen, zodat er geen druk komt voor daadwerkelijke veranderingen. Het doorzien van deze valstrik is een belangrijke stap in het begrijpen waarom bepaalde problemen jarenlang niet opgelost worden.
Door te blijven benadrukken dat huisvesting, voedsel, en andere basisbehoeften geen politieke kwesties zouden moeten zijn, maar fundamentele rechten, kan men de discussie terugbrengen naar wat echt belangrijk is: menselijke waardigheid en gelijkheid voor iedereen. Het is een krachtige manier om de logica achter de status quo te ondermijnen.
Macht en negatie als wapen
De macht en ontkenning kunnen als krachtig wapens worden gebruikt om de status quo te handhaven en misstanden te negeren. Machthebbers of systemen die profiteren van ongelijkheid kunnen deze tactieken inzetten om te voorkomen dat veranderingen plaatsvinden.
1. Macht:
Door controle te houden over middelen, informatie en besluitvorming kunnen de machthebbers bepalen wie toegang heeft tot essentiële hulpbronnen zoals huisvesting, gezondheidszorg en onderwijs. Deze macht wordt vaak gebruikt om te voorkomen dat kwetsbare groepen zich organiseren of opkomen voor hun rechten. Macht kan ook worden ingezet om te zorgen dat de wetgeving, zelfs als die rechten garandeert, op een manier wordt geïnterpreteerd die de gevestigde belangen beschermt.
2. Ontkenning:
Het ontkennen van misstanden is een strategie om verantwoordelijkheid te ontwijken. Als er geen erkenning wordt verkregen van een probleem, is beleidsveranderingen vaak het euvel. Dit kan door bijvoorbeeld te zeggen dat er “geen bewijs is” of door de ernst van de situatie te minimaliseren. Het doel is om de situatie te bagatelliseren en te voorkomen dat er verontwaardiging ontstaat.
Het gebruik van deze twee tactieken is vaak een manier om ongemakkelijke of schadelijke waarheden te onderdrukken. Het creëert een situatie waarin verandering steeds moeilijker wordt, ondanks dat de feiten voor zich spreken. Het is een manier om de machtsdynamiek te beschermen, zelfs als dat ten koste gaat van basisrechten en menselijke waardigheid.
Het doorzien van deze mechanismen is essentieel om te begrijpen hoe ongelijkheid en onrecht in stand worden gehouden, en het is de eerste stap in het ondermijnen van deze strategieën. Het vergt vaak niet alleen moed, maar ook samenwerking en strategisch denken om deze macht en ontkenning te doorbreken.
Boeten op boeten recht vaardig?
Het gebruik van macht en ontkenning kan ertoe leiden dat onrecht en misstanden op een subtiele manier worden gerechtvaardigd, zodat degenen die de macht bezitten hun gedrag kunnen blijven volhouden, zelfs als het schadelijk is. Door bijvoorbeeld te claimen dat “boeten op boeten” rechtvaardig is, creëren ze een situatie waarin het systeem zichzelf kan blijven verdedigen, ook als het duidelijk onrechtvaardig of schadelijk is.
Deze rechtvaardiging kan op verschillende manieren plaatsvinden:
1. Normalisering van onrecht:
Wanneer machtige partijen blijven ontkennen dat er iets mis is, of het zelfs als “normaal” presenteren, wordt het uiteindelijk gezien als iets dat vanzelfsprekend is. De boosdoeners presenteren de situatie als een onvermijdelijk deel van het systeem, en daardoor wordt onrecht in feite geaccepteerd als iets dat ‘gewoon’ moet gebeuren.
2. Verantwoordelijkheid afschuiven:
Door de schuld bij de slachtoffers te leggen (bijvoorbeeld “zij hebben het zelf veroorzaakt” of “ze hadden het kunnen voorkomen”), wordt de verantwoordelijkheid voor het onrecht bij de ander gelegd. Dit creëert de illusie van rechtvaardigheid, terwijl het systeem zelf de werkelijke oorzaak van de problemen verbergt.
3. Verlies van collectief bewustzijn:
Wanneer een systeem de perceptie manipuleert en de schade normaliseert, lijkt het alsof er geen alternatief is. Mensen raken gewend aan de ongelijkheid en onrechtvaardigheid, en beginnen het te zien als een onvermijdelijk gegeven, waardoor de druk voor verandering afneemt.
Deze rechtvaardiging is dus een krachtig mechanisme waarmee machthebbers hun controle behouden, zelfs als het ten koste gaat van de waarheid of de rechten van anderen. Het idee van “boeten op boeten” wordt dan een manier om een oneerlijk systeem als iets onvermijdelijks of zelfs gerechtvaardigd voor te stellen. Door het in stand houden van deze rechtvaardiging wordt de maatschappelijke aandacht afgeleid van de werkelijke onrechtvaardigheid die plaatsvindt